Energietransitie
Lees verder
Verduurzaming van gebouwen en energiesystemen brengt nieuwe risico’s mee
Delen:
Energie-
opslag-
systemen
Laadpunten
Zonnepanelen
Isoleren
De voedingsindustrie is verantwoordelijk voor 8% van het totale energiegebruik in de Nederlandse industrie. Steeds meer bedrijven in de sector zetten zich daarom in om hun bedrijfspanden en -processen te verduurzamen. Daar komen uiteraard ook nieuwe risico’s bij kijken. Wij zetten de belangrijkste risico’s op een rij en geven advies.
Advies
Let op: veel bedrijven willen als bewijs voor hun duurzame dadendrang een BREAAM-certificering behalen (Building Research Establishment's Environmental Assessment Method). Met de hierboven genoemde brandbare isolatiematerialen zijn hoge BREAAM-scores te behalen. Maar bij verzekeraars geldt juist het omgekeerde. Het gebruik van brandbare isolatiematerialen leidt vaak tot hogere premies of extra eisen, zoals de kostbare investering in een sprinklerinstallatie
Gebruik alleen FM-approved sandwichpanelen, met het keurmerk van
’s werelds grootste verzekeringsmaatschappij FM Global. Daarmee beperkt u niet alleen het energieverlies, maar kiest u ook voor de oplossing met het laagste brandrisico
Kies voor materiaal met het laagste brandrisico
Bij de duurzame bouw van nieuwe bedrijfs- en productielocaties ligt de focus sterk op isoleren. Ook bij het verduurzamen van bestaande gebouwen krijgt isolatie veel aandacht. Bijvoorbeeld om energieverliezen te minimaliseren, in met name gekoelde ruimtes. Dat gebeurde meestal met kunststof isolatiematerialen: EPS, PUR, of PIR. Maar dat zijn uiterst brandbare materialen, met als extra risico dat een brand zich snel verspreidt. Bovendien leiden deze materialen bij brand tot flinke rookontwikkeling, met enorme (roet)schade aan gebouwen, producten en grondstoffen als gevolg.
Advies
Controleer de zonnepanelen regelmatig op vervuiling en vogelnesten om extra brandrisico te voorkomen
Controleer de zonnepanelen na storm of bliksem op verschuivingen of beschadiging
Laat een NEN 1010 keuring door een erkend installateur uitvoeren na voltooiing van alle installatiewerkzaamheden, als extra waarborg
scios.nl
Plaats connectoren in draadgoten en laat deze niet los op het dak liggen
Zorg voor onbrandbare dakisolatie (vooral bij in-dak PV-systemen) en voldoende ventilatieruimte tussen dak(isolatie) en panelen
Laat vooraf een bouwkundig constructeur de dakbelasting doorberekenen om te bepalen of plaatsing van de zonnestroominstallatie veilig is
Scope 12 biedt zekerheid
Bij zonnepanelen op bedrijfsgebouwen zijn elektrische veiligheid en brandveiligheid essentieel. Bij een Scope 12 inspectie wordt hierop de complete zonnestroominstallatie uitgebreid gecontroleerd. Gecertificeerde inspectiebedrijven voeren deze SCIOS Scope 12 uit die in het leven is geroepen om de aanhoudende problemen van de kwaliteit van zonnestroominstallaties het hoofd te bieden. Een Scope 12 inspectie is wettelijk niet verplicht, maar alle verzekeraars eisen deze inmiddels wel, omdat daarmee het brandrisico wordt beperkt. Een inspectie kan aantonen dat er gebreken zijn. Pas nadat deze zijn verholpen wordt er een Scope 12 verklaring zonder constateringen afgegeven.
Advies
Zorg dat laadpalen op het terrein tegelijkertijd kunnen worden uitgeschakeld
NEN 1010 keuring door een erkend installateur na voltooiing van alle installatiewerkzaamheden, als extra waarborg
Zorg ervoor dat het terrein altijd toegankelijk is voor de brandweer
Plaats laadpalen op veilige afstand: dus niet in de buurt van bedrijfspanden en/of brandbare gevels, om het overslaan van een brand te voorkomen
Plaats laadpalen bij voorkeur dicht bij de in- en uitgang van het bedrijfsterrein
Installeer laadpunten door een hiertoe erkend installateur
Tref preventiemaatregelen, volg de regels
Op bedrijventerreinen worden steeds meer laadpalen en -stations geplaatst voor de elektrische auto’s van personeel en/of de bedrijfsbusjes en -vrachtwagens. Ook hier zijn optimale elektrische veiligheid en de brandveiligheid essentieel.
Naar inhoudsopgave
Advies
Energieopslagsystemen zijn in opkomst. De verwachting is dat de overheidsnormering zich verder ontwikkelt en dat ook verzekeraars hun eisen op dit gebied ontwikkelen en aanscherpen. Een vergunningsplicht is er nu dus nog niet, maar sommige gemeentes en provincies vragen wel al om de aanleg van een energieopslagsysteem te melden. Meijers houdt u op de hoogte van ontwikkelingen die van invloed zijn op uw risicoprofiel.
Normering is in de maak
Sommige bedrijven kiezen ervoor hun duurzaam opgewekte wind- en zonne-energie op te slaan in een energieopslagsysteem (EOS). Een nieuwe trend die ook wordt gezien als oplossing voor het overbelast raken van het elektriciteitsnetwerk (netcongestie). Een energieopslagsysteem is onderdeel van de elektrische installatie en moet voldoen aan NEN 1010. Batterij-energieopslagsystemen moeten voldoen aan NEN 4288. De overheid werkt aan verdere normen voor energieopslagsystemen (EOS) in gebouwen, waaronder de PGS37-1.
Energietransitie
Verduurzaming van gebouwen en energiesystemen brengt nieuwe risico’s mee
Delen:
Isoleren
Zonnepanelen
Laadpunten
Energie-
opslag-
systemen
De voedingsindustrie is verantwoordelijk voor 8% van het totale energiegebruik in de Nederlandse industrie. Steeds meer bedrijven in de sector zetten zich daarom in om hun bedrijfspanden en -processen te verduurzamen. Daar komen uiteraard ook nieuwe risico’s bij kijken. Wij zetten de belangrijkste risico’s op een rij en geven advies.
Gebruik alleen FM-approved sandwichpanelen, met het keurmerk van ’s werelds grootste verzekeringsmaatschappij FM Global. Daarmee beperkt u niet alleen het energieverlies, maar kiest u ook voor de oplossing met het laagste brandrisico
Let op: veel bedrijven willen als bewijs voor hun duurzame dadendrang een BREAAM-certificering behalen (Building Research Establishment's Environmental Assessment Method). Met de hierboven genoemde brandbare isolatiematerialen zijn hoge BREAAM-scores te behalen. Maar bij verzekeraars geldt juist het omgekeerde. Het gebruik van brandbare isolatiematerialen leidt vaak tot hogere premies of extra eisen, zoals de kostbare investering in een sprinklerinstallatie
Advies
kies voor materiaal met het laagste brandrisico
Bij de duurzame bouw van nieuwe bedrijfs- en productielocaties ligt de focus sterk op isoleren. Ook bij het verduurzamen van bestaande gebouwen krijgt isolatie veel aandacht. Bijvoorbeeld om energieverliezen te minimaliseren, in met name gekoelde ruimtes. Dat gebeurde meestal met kunststof isolatiematerialen: EPS, PUR, of PIR. Maar dat zijn uiterst brandbare materialen, met als extra risico dat een brand zich snel verspreidt. Bovendien leiden deze materialen bij brand tot flinke rookontwikkeling, met enorme (roet)schade aan gebouwen, producten en grondstoffen als gevolg.
Controleer de zonnepanelen na storm of bliksem op verschuivingen of beschadiging
Controleer de zonnepanelen regelmatig op vervuiling en vogelnesten om extra brandrisico te voorkomen
Laat een NEN 1010 keuring door een erkend installateur uitvoeren na voltooiing van alle installatiewerkzaamheden, als extra waarborg
scios.nl
Zorg voor onbrandbare dakisolatie (vooral bij in-dak PV-systemen) en voldoende ventilatieruimte tussen dak(isolatie) en panelen
Plaats connectoren in draadgoten en laat deze niet los op het dak liggen
Laat vooraf een bouwkundig constructeur de dakbelasting doorberekenen om te bepalen of plaatsing van de zonnestroominstallatie veilig is
Advies
Bij zonnepanelen op bedrijfsgebouwen zijn elektrische veiligheid en brandveiligheid essentieel. Bij een Scope 12 inspectie wordt hierop de complete zonnestroominstallatie uitgebreid gecontroleerd. Gecertificeerde inspectiebedrijven voeren deze SCIOS Scope 12 uit die in het leven is geroepen om de aanhoudende problemen van de kwaliteit van zonnestroominstallaties het hoofd te bieden. Een Scope 12 inspectie is wettelijk niet verplicht, maar alle verzekeraars eisen deze inmiddels wel, omdat daarmee het brandrisico wordt beperkt. Een inspectie kan aantonen dat er gebreken zijn. Pas nadat deze zijn verholpen wordt er een Scope 12 verklaring zonder constateringen afgegeven.
Scope 12 biedt zekerheid
NEN 1010 keuring door een erkend installateur na voltooiing van alle installatiewerkzaamheden, als extra waarborg
Zorg dat laadpalen op het terrein tegelijkertijd kunnen worden uitgeschakeld
Zorg ervoor dat het terrein altijd toegankelijk is voor de brandweer
Plaats laadpalen bij voorkeur dicht bij de in- en uitgang van het bedrijfsterrein
Plaats laadpalen op veilige afstand: dus niet in de buurt van bedrijfspanden en/of brandbare gevels, om het overslaan van een brand te voorkomen
Installeer laadpunten door een hiertoe erkend installateur
Advies
Tref preventiemaatregelen, volg de regels
Op bedrijventerreinen worden steeds meer laadpalen en -stations geplaatst voor de elektrische auto’s van personeel en/of de bedrijfsbusjes en -vrachtwagens. Ook hier zijn optimale elektrische veiligheid en de brandveiligheid essentieel.
Normering is in de maak
Sommige bedrijven kiezen ervoor hun duurzaam opgewekte wind- en zonne-energie op te slaan in een energieopslagsysteem (EOS). Een nieuwe trend die ook wordt gezien als oplossing voor het overbelast raken van het elektriciteitsnetwerk (netcongestie). Een energieopslagsysteem is onderdeel van de elektrische installatie en moet voldoen aan NEN 1010. Batterij-energieopslagsystemen moeten voldoen aan NEN 4288. De overheid werkt aan verdere normen voor energieopslagsystemen (EOS) in gebouwen, waaronder de PGS37-1.
Advies
Naar inhoudsopgave
Energieopslagsystemen zijn in opkomst. De verwachting is dat de overheidsnormering zich verder ontwikkelt en dat ook verzekeraars hun eisen op dit gebied ontwikkelen en aanscherpen. Een vergunningsplicht is er nu dus nog niet, maar sommige gemeentes en provincies vragen wel al om de aanleg van een energieopslagsysteem te melden. Meijers houdt u op de hoogte van ontwikkelingen die van invloed zijn op uw risicoprofiel.
